Wanneer de rek eruit is

WhatsApp Image 2021-05-18 at 12.59.59.jpeg

Doodse stilte. Ik zie de leerlingen van mijn stageklas 5 gymnasium beduusd naar de grond kijken wanneer een van de leerlingen de stelling noemt: ‘ik heb ongezonde stress ervaren in de coronatijd.’  Voor mijn tweedejaarsstage geef ik nu twee maanden dramales aan deze gymnasiumklas. Om elkaar beter te leren kennen leek het mij een goed idee om het spel Over de Streep te doen, waarbij je jezelf na een stelling in een ja- of nee-vak plaatst. Om het ijs te breken begon ik met wat luchtige stellingen: ‘ik vind school leuk’ en ‘ik sport’.  Hierna gaf ik leerlingen de gelegenheid om zelf met stellingen te komen. Dan komt een leerling met deze stelling: ‘ik heb ongezonde stress ervaren in de coronatijd.’ Een jongen die de eerste lessen nogal in zichzelf gekeerd was en niet graag op de voorgrond trad. Langzaam zie ik alle leerlingen uit de 5 gymnasiumklas naar de ja-kant lopen. Niemand zegt iets. Ik vraag of iemand hier iets over wil delen, maar iedereen lijkt deze gevoelens voor zichzelf te willen houden.

Thuis studeren 
Hetzelfde zie ik bij mijn medestudenten op de Hogeschool Utrecht. Ik merk dat ze vermijden om het onderwerp stress aan te snijden. Er wordt hier niet over gesproken en het is net of er een taboe op rust. Ik merk dat corona een flinke impact heeft op ons leven.  We mogen van geluk spreken dat we weer naar school mogen, omdat onze opleiding praktisch is ingesteld en de lessen zich op de toneelvloer afspelen. Tegelijkertijd is het zo dat ook wij heel lang alleen thuis hebben gezeten. Diverse projecten en stages waar we ons zo op verheugden, gingen niet door. Vaak op het laatste moment, zonder dat er alternatieven waren.  Tijdens de lockdown waren lessen vooral online, omdat fysiek onderwijs niet mogelijk was. Wanneer onlinelessen ook niet doorgingen, moesten we onszelf zien te vermaken. We moesten maar zien hoe we het in ons eentje voor elkaar kregen om toch nog iets te leren. Daar zaten we dan dag in dag uit, met zo weinig om handen, op onze kamers in onze studententijd, die gezien wordt als de meest onbezorgde tijd uit je leven. Weg waren opeens de bijbaantjes in de horeca, de wekelijkse stapavonden waar we met leeftijdsgenoten bij elkaar kwamen om het allemaal even te relativeren en de sportieve activiteiten die vaak als uitlaatklep fungeerden. Wat deze vervelende situatie nog iets dragelijker maakt, is dat ik niet de enige ben. Iedereen heeft hiermee te maken en gaat door dezelfde vervelende periode heen.

Hopeloos
Om mij heen zie ik bij leeftijdsgenoten onzekerheid en angst. Sommige medestudenten lopen tegen de grenzen van hun leven op. Zo weet ik van een student die niet naar buiten durft uit angst voor opmerkingen over haar uiterlijk. Dan wordt je wereld wel heel klein en blijf je opgesloten op je kamer. Verder merk ik om me heen dat we de stip op de horizon missen. Er is geen perspectief dat duidelijkheid geeft hoelang dit nog zal duren. De stip waar we ons in deze onzekere periode aan vast kunnen klampen en die enig houvast geeft. Ik merk bij de medestudenten om me heen allemaal hetzelfde: de rek is eruit. We verlangen met z’n allen om het leven weer op te pakken. Een leven waarin we ons niet bezig hoeven te houden met vragen wie we voor het laatst gezien hebben en of daar wel anderhalve meter tussen zat. Nu in het voorjaar is het eigenlijk de tijd om ons te verheugen op de zomervakantie. Te fantaseren over vakantiebestemmingen waar we allemaal naartoe kunnen gaan na dit heftige jaar, maar het is nu vooral wachten. Wachten dat dit gedoe met Corona voorbijgaat. Wachten dat er meer ruimte komt voor fysiek onderwijs, voor projecten, uitgaan, met elkaar afspreken en dingen doen die het studentenleven zo mooi maken. Het is nu vooral noodgedwongen een situatie accepteren die veel te lang duurt en waarvan het einde nog niet in zicht is.  

Uitspreken
Ik praat na het stellingenspel nog even na kort met een van mijn leerlingen nadat hij zich heeft verontschuldigd voor zijn te laat komen. Hij geeft aan dat zijn gesprek bij de maatschappelijk werkster op school was uitgelopen. Ik vraag aan hem hoe het met hem gaat. Hij vertelt me dat hij met mentale problemen worstelt. Ik reageer: ‘dus dit was nogal heftig net’, doelend op de stellingen. Ik voel me bijna schuldig dat hij in deze les opnieuw met zijn mentale gesteldheid werd geconfronteerd. Maar hij staat op en zegt: ‘maar wel goed om dit te bespreken.’ Ik knik en glimlach. Hij verlaat zichtbaar iets meer ontspannen het lokaal. Zo zie je maar dat erover praten soms lastig, pijnlijk en confronterend kan zijn, maar ook helend. Gewoon even te zien dat je niet de enige bent, helpt. Daardoor ontstaat er iets van contact. Dit is iets wat mij hoop geeft in deze corona-pandemie. 

Samen
Ik denk ook aan andere lichtpuntjes zoals mooie initiatieven die worden genomen. Om mij heen zie ik mensen die er het beste van maken en anderen van geluksmomentjes proberen te voorzien. Zo ontstaan er op internet allerlei accounts die mensen dagelijks opdrachten geven om zo de verveling tegen te gaan, worden er online talloze workshops of trainingen aangeboden, worden er feestjes en afscheidsetentjes via Zoom georganiseerd en hangen er briefjes in wooncomplexen waarop mensen aanbieden om boodschappen te doen voor een ander. Toen Coldplay, een band waar ik al lang fan van ben, vorig jaar een onlineconcert op de daken van Jordanië organiseerde, voelde ik mij misschien wel meer verbonden dan ooit. Het feit dat daar duizenden mensen uit honderden landen tegelijk met mij naar keken, gaf me een saamhorigheidsgevoel. Waar je normaal gesproken opgaat in de menigte van een concert, leek het nu alsof dit concert persoonlijker en intiemer was terwijl we allemaal achter ons eigen scherm zaten.
Laten we blijven verbinden op welke manier dan ook en ons blijven beseffen dat we dit samen doen.  Daar gaat het om: we doen het Samen.

Linde van Dorp
tweedejaarsstudent HKU
docent theateropleiding


Previous
Previous

Diagnoses of puzzelstukjes

Next
Next

Praten met iemand in een burn-out